donderdag 7 juni 2012

Donderdag 7 juni, 318e dag.

Tegen zonsopgang is het duidelijk dat dit weer een grijze dag gaat worden. Nog maar een kledingstuk erbij aan om de ochtend kou te weerstaan. Golven, golven en nog meer golven, ze klimmen en dalen in een eindeloos ritme, geen horizon, geen schip, geen vogel. Het kunstvisje aan de lange vislijn is er alweer afgebeten, althans, het zit er niet meer aan. Met wat muesli als ontbijt en een grote pot thee maar weer verder lezen over onze bestemming. De Azoren bestaan uit een groep van negen eilanden. Vijf ervan liggen redelijk dicht bij elkaar. Terceira, Saõ Jorge, Graciosa, Pico en Faial. Het laatste is onze bestemming, met Horta als haven. De overige eilanden liggen op ruim honderd mijl van deze centrale groep. Corvo en Flores ten Noordwesten en de eilanden Sao Miguel en Santa Maria ten Zuidoosten. 750 mijl ten westen van het vaste land van Portugal, zo'n beetje ter hoogte van Lissabon. Het zijn maar hele kleine eilanden, totaal, dus alle negen bij elkaar hebben ze een oppervlakte van nog geen twee en een halve vierkante kilometer.
Dat in oceaan van 58.000 Km2. Het zijn maar speldenknopjes op de kaart. De economie is de laatste 500 jaar weinig veranderd. Er is haast geen industrie, wat landbouw voor eigen gebruik en natuurlijk visserij. De walvisvangst, nu geschiedenis, was decennia lang een belangrijke bron van inkomsten. Ze worden niet meer gevangen, wel bekeken door de toeristen en het z.g 'whale-watching' is erg populair. Ook voor Big Game fishing moet je op de Azoren zijn. Ze hebben wereld records bij het binnenhalen van tonijn, zwaardvis, ocean bonito en haaien. Horta en Ponta Delgada op het eiland Saõ Miguel zijn favoriete vertrekhavens voor enthousiaste diepzee vissers. Faial, onze bestemming, is een van de weinige eilanden in de wereld, waar meer bezoekers per jacht van overzee komen dan via de lucht. In 1930 waren dat maar een paar jachtjes., op één hand te tellen. In 1970 was dat al opgelopen naar 59. Twee honderd in 1978 en over de 800 in 1988. Elk jacht wat binnenloopt wordt vermeld in het plaatselijke dagblad. Of dat nu nog zo is weet ik niet maar daar komen we snel genoeg achter. Het is nog maar 142 mijl naar Horta en het ziet er naar uit dat het weer een nacht aanloop gaat worden. Eind van de middag doemt er plotseling een zeilschip op, nauwelijks nog zichtbaar door het regenachtige weer. Haar kleur, knalgeel, helpt. Ze vaart aan stuurboord van ons en we lopen iets sneller. We marifonen even. Het is een Frans echtpaar met hun dochter en een kat. Ze hebben een reis van drie en een half jaar achter de rug, zijn op weg naar Horta en zullen daarna hun tocht vervolgen naar Marseille. Ze zijn van Barbuda vertrokken ( vlak bij St.Maarten) en zijn al een maand onderweg. We spreken af in café Sport elkaar te ontmoeten en een bière blonde te nuttigen. Hoewel de meeste zeilers Horta als tussenstop hebben om water en diesel te tanken en het dorstige lijf vol te gooien met bier in bovengenoemd café, wordt aanbevolen om ook de andere eilanden te bezoeken die, als je de enthousiaste verhalen hoort van zeilers die er geweest zijn, zeer de moeite waard moeten zijn. Wellicht een plan om met onze meisjes te gaan verkennen.
Beer.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten