Donderdag 8 maart 227e dag
Vandaag gaat onze tocht verder langs de
schitterende westkust van het eiland. Cumberlandbay is de volgende
bestemming. Het zijn allemaal afstanden van niks, maar langzamerhand
kruipen we toch verder naar het noorden. Cumberlandbay is een goede
uitgangspositie voor de oversteek naar het volgende eiland: St.Lucia.
Ook hier weer line's man die hulp aanbieden en dit keer maken we
gebruik van hun diensten. De baai oogt erg sympathiek en we voelen
ons er direct thuis. Geweldige mogelijkheden om te snorkelen,
hetgeen we veelvuldig doen. Met lunchtijd komen de 'Deutsche leute'
bij ons aan boord. Mike, Katja en hun lieve zoontje Niklas en de
opvarenden van een ander schip: Steffie, Volker en hun tweeling van
vijf jaar Jonne en Line. Ons kuipje is gelijk gevuld en met kunst en
vliegwerk maken we van alle restantjes een heerlijke lunch. Volker
is leraar Engels en leraar sport. Ze hebben een sabbatical genomen,
hun tweeling is nog net niet aan school toe, dus nu moest het dan
maar gebeuren. De twee kids hebben zwemmen tijdens de reis geleerd en
zitten meer in het water dan erboven. Volker heeft z'n schip via
internet gekocht in Amerika, merk Olden. Met een vriend samen heeft
hij het overgezeild vanuit New-York naar Duitsland. Ze gingen wat
laat in het seizoen weg ( begin september) en dat hebben ze geweten.
De depressies raasden toen al over de Noord Atlantische oceaan en bij
aankomst in Engeland was er geen zeil meer heel. Werkelijk alles was
aan flarden gescheurd. Hij vertelt het allemaal met een smile van oor
tot oor, maar ze zullen het wel heel moeilijk gehad hebben. Ons
dagelijkse biertje drinken we in 'The Black Baron' een taverne die
wordt gerund door een Frans koppeltje. Er hangen foto's aan de muur
van de waterschade die ze hadden in 2008. Hurricane Omar raasde toen
door de Caribbean, het was oktober en hoewel de orkaan ver weg zat,
liepen er immens hoge golven hun baai binnen. De veertig voet hoge
golven beukten op de kust en liepen door het restaurant tot in de
keuken. Windsnelheden van 215 km per uur en een barometerstand van
958 millibar. Ook onze ABC eilanden zijn toen hard getroffen evenals
Antiqua en Barbuda. Er was totaal 54 miljoen dollar schade. We
sluiten aan bij de Duitse vrienden en besluiten de volgende dag met
z'n allen naar de watervallen te gaan.
vrijdag 9 maart 228e dag.
Vroeg in de ochtend regent het nog
behoorlijk, grote druppels slaan putjes in het wateroppervlak en
boven ons een wijde grijze hemel. Gelukkig klaart het op en zien we
de buren in de dingy's stappen.
Even later lopen we met z'n negenen
naar de weg waar de busjes langs zouden moeten komen. En zowaar, niet
veel later stopt er een maar volgens ons zit het ding al vol. Niet
dus, hoe ze het klaarspelen weet ik niet, maar we kunnen er alle
negen nog bij. Wel met een kind op schoot of bijna bij iemand anders
op schoot. De bekleding en kussens van de stoelen zijn nauwelijks
meer aanwezig en de ijzeren veren en stangen prikken in je bil of
pijnigen je rug. En dan weten we het zeker, het gevaarlijkste van de
hele reis is niet de beruchte Golf van Biskaje of de grote oversteek
over de Noord Atlantische oceaan, nee het meerijden in propvolle
busjes op de eilanden van de Carieb zijn het gevaarlijkste en tarten
elke beschrijving. De voeten van de chauffeurs kennen maar één
stand en dat is plankgas. Met de steile smalle weggetjes naar boven,
vaak twintig procent, is dat wel nodig, maar naar
beneden.......Peilloze afgronden, waar diep beneden de oceaan tegen
de rotsen beukt en van een vangrails hebben ze hier nog nooit
gehoord. In de scherpe bochten helt het busje zwaar over terwijl de
chauffeur met één hand, met de andere zitten ze constant te
telefoneren, de zaak onder controle probeert te houden. We zijn blij
als we er zijn. Het is nog een heel stuk lopen naar de watervallen
maar de beloning is groot. Wat een overweldigende natuur. We moeten
langs een hele steile trap naar boven langs de rotswand en de
kinderen doen dapper mee. Dan gaat het pad nog over een ravijn met
diep beneden de snel stromende rivier. Een hangbrug van bamboe en
staaldraad moeten we over en de kinderen vinden het allemaal heel
spannend.
Eindelijk zijn we bij watervallen. Het water valt met
kracht van misschien wel honderd meter hoogte en als we er even later
onder gaan staan moet je echt wel iets op de hoofd hebben anders zou
het niet te harden zijn. Ook de kids zwemmen in het meertje eronder
wat toch heel wat kouder is dan de zee. Dan schijnt er nog een
waterval te zijn, die nog veel hoger ligt en we klimmen en klauteren
over gladde stenen tot we ook die bereikt hebben. We fotograferen en
filmen alvorens we aan de terugtocht beginnen. In de rugzakken van
onze Duitse vrienden zit van alles en we pick-nicken op een idyllisch
plekje.
Op de weg naar beneden maken we een
foutje en nemen een verkeerde afslag. Na ruim een uur gelopen te
hebben, de kinderen zijn nu moe, ze hebben al hun energie bij de
watervallen opgebruikt, staan we plotseling bij het strand en blijkt
de weg dood te lopen. Het hele stuk moet terug en nu tegen de helling
op. Kleine Niklas moet door z'n moeder gedragen worden, hij wil bij
niemand anders. De tweeling Jonne en Line zijn zichtbaar aan het
einde van hun latijn. Dan komen de kwaliteiten van Volker als Vader
en leraar goed van pas. Hij begint een zelfverzonnen sprookje met
reuzen, trollen en toverfeeën te vertellen en de kinderen moeten
achter elke struik of boom zoeken. Ze zijn helemaal in de ban van het
verhaal en vergeten hun vermoeidheid totaal. Hij is echt een hele
leuke vader en voor we het weten staan we weer op de goede weg naar
het dorp. We overleven de terugtocht en zijn eind van de middag weer
terug aan boord. We overleggen nog met elkaar wat de beste tactiek is
om naar St.Lucia te zeilen, want de pilot geeft een beschrijving waar
je niet zo vrolijk van wordt, terwijl we praten over een afstand van
nog geen veertig mijl. In ieder geval gaan we, zodra het daglicht
wordt, vertrekken en met dit besluit zoeken we onze bootjes op om van
een goede nachtrust te gaan genieten.
Zaterdag 10 maart 229e dag.
Het wordt maar heel voorzichtig licht
maar het is voldoende om veilig uit de baai te vertrekken. Met de
dingy snel naar de wal om de achterlijn los te maken en terwijl René
het anker indraait hijs ik 'Dame Blanche' aan dek. We stouwen haar op
het voordek met lijnen extra stevig vast. Met twee reven in het
grootzeil en met de motor zachtjes bij varen we naar de noordkant van
het eiland. Volgens de pilot moet je zo lang mogelijk vlak onder de
kust blijven. De wind rond de duizend meter hoge vulkaan Souffriere
kan heel heftig zijn. Ze waarschuwen voor 40 knopen wind en een zee
die meer dan 'bumpy' is. Het is half acht als we vlak onder de
vulkaan varen waarvan de top in donkergrijze wolken gehuld is.
De
banen van lavastromen van eerdere uitbarstingen zijn goed te zien.
Het water om ons heen is grauw en donker, het lijkt allemaal meer op
Schotland in de herfst dan op de zonnige Carieb. Op de marifoon
waarschuwt een collega zeiler voor een groot stalen drijvend voorwerp
en geeft de daarbij behorende coördinaten. We hoeven er op onze
koers naar St. Lucia geen rekening mee te houden. Als we enkele
mijlen voorbij het eiland zijn wordt de zee rustiger en de wind
stabieler. Hoog aan de wind, dat wel, maar we persen er toch mooi
vijf knopen uit. Even laat de zon zich zien door een scheurtje in het
wolkendek. De 'Robeyne' laat zich van haar beste kant zien en we
overbruggen de kleine veertig mijl in ruim acht uur. De baai van
Soufriere ( verwarrend omdat de vulkaan van St.Vincent net zo heet,
alleen een f je meer) is verboden ankergebied en we zijn verplicht
een mooring op te pakken. Er is er nog één vrij maar die ligt vlak
bij de rotsen. Toch maar doen, want een andere mogelijkheid is er
niet. Ja toch wel , we hebben net vast gemaakt als een grote
catamaran van z'n mooring vertrekt en die lijkt ons toch wat
veiliger. Steffie en Volker met hun snelle scherpe jacht liggen
vlakbij ons, ze hebben er twee uur korter over gedaan. De kids komen
al naar ons toe snorkelen, het zijn echte waterratjes. Van Mike en
Katja nog
geen spoor, hun scheepje is langzaam en
heeft maar een 14 pk motor. In de avond is de wind weggevallen dus ze
moeten een heel eind overbruggen met hun bescheiden krachtbron. Het
is al lang donker als we hun boordlichten in de verte zien aankomen.
Ze hebben marifoon contact met hun Duitse vrienden en die verwijzen
naar de laatste mooring, ja, die wij verlaten hebben. We schijnen ze
bij met onze schijnwerper en ook zij schrikken van de rotsen zo
dichtbij. Toch moet het kunnen en het zal allemaal wel berekend en
ingecalculeerd zijn. Maar ja, in het donker ziet het er
angstaanjagend uit. Nog regelmatig zien we die avond hun schijnwerper
langs de rotsen flitsen waar de hoge deining met kracht op stuk loopt
en het witte schuim omhoog spat. We marifonen nog even met ze op
kanaal 69 en spreken ze moed in. Gute nacht freunde........ maar of
ze rustig kunnen slapen zullen we morgen maar eens vragen.
Nog meer foto's. Klik op de foto voor grotere weergave.
Beer
Geen opmerkingen:
Een reactie posten