dinsdag 22 november 2011

Ibrahim's droom

Maandag 21 november 120e dag

Ja hoor, stipt acht uur staat onze gids Ibrahim aan de kant. We gaan met onze twee dingy's op zoek naar de nijlpaarden. Melanie blijft aan boord. De verhalen, dat nijlpaarden meer slachtoffers maken dan krokodillen hebben haar wat afgeschrokken. De kinderen Puck en Lotte gaan wel mee, maar vinden het wel erg spannend. Als mamma iets eng vindt, nou dan moet het wel zo zijn. Ibrahim zit bij George en de kids in de dingy en wij varen er achter aan. We zigzaggen wat door de kreek en observeren met de verrekijker de oevers. Het is doodstil en het water is glad. Een geschrokken reiger fladdert uit het dichte groen, z'n schelle schreeuw verstoort de stilte. “Daar” fluistert René, en hij wijst naar een donker voorwerp. Het is een tak, die zachtjes met de stroom onze kant komt aandrijven. Tot twee maal toe laten we ons door takken in de maling nemen maar dan is het raak. Een hele kudde nog wel, we tellen zeker zeven of acht koppen en regelmatig komen ze boven om adem te halen. Soms een straaltje water door hun neusgaten spuitend. We laten ons met de stroom richting de kant drijven om dichterbij te komen. Lotte kruipt dicht tegen haar vader aan. Coen maakt met z'n handen voor z'n mond een eng geluid en dan hebben de meiden het helemaal niet meer. Helaas hebben de nijlpaarden ons in de gaten en we krijgen de indruk dat we ze alleen maar verder weg jagen. Dichterbij zullen ze ons zeker niet tolereren. Voor foto's en film waren ze jammer genoeg te ver weg en we maken rechts om keert. Ibrahim wil ons een eiland laten zien. Zijn eiland, zoals hij zegt. Daar aangekomen moeten we tussen de mangrove wortels een plekje zien te vinden om de dingy's vast te leggen. Aan land gaan is een hele toer, het is één gladde klei massa en om beurten gaan we onderuit. Tot onze enkels zakken we in de moerassige grond. Dan staan we eindelijk op 'ZIJN 'eiland. Hoog gras tot aan de horizon, met hier en daar een boompje. Hier zitten ook leeuwen en tijgers zegt onze gids, maar dan beginnen we toch wat te twijfelen. Heeft Ibrahim misschien ook last van de hitte. Volgens ons komen tijgers in Afrika helemaal niet voor, maar misschien bedoelt hij een ander beest, z'n Engels is ook niet je dat. Dan laat iemand het woord lodge vallen. Dit zou een mooie plek voor een lodge zijn. Ibrahim staart in de verte, in gedachte ziet hij het al voor zich, een mooie lodge, helemaal gemaakt van lokale materialen. Een grote gemeenschappelijke ruimte gebouwd in de vorm van een oversized tipi tent, daarin een bar waar een barman met een big smile de meest verrukkelijke koele cocktails kan shaken, een eetgedeelte waar charmante bediening in traditionele kleding de verwende gasten de heerlijkste gerechten kan voorschotelen. Geheel in de stijl van de leem hutten gebouwde bungalootjes met warm en koud stromend water en natuurlijk een zwembad met gekoeld water. Maar eerst een landings strip, waar de kleine vliegtuigjes af en aan kunnen vliegen om de gasten uit de hele wereld te ontvangen in de 'Ibrahim's Premier Tourist Holiday Safari Camp” Est. 2012 . En alle mensen uit zijn dorp zouden er een baantje kunnen krijgen en de kinderen zouden hun dansjes kunnen laten zien en........................

“Ibrahim”... “Yes?”......”Shall we go”.?......”Yes”.........”If I only had the money” mompelt hij nog.

We zetten onze vriend af in het dorpje en vervolgen onze reis. Acht mijl verder is een kreekje waar we de 'Robeyne' willen ankeren. Volgens de beschrijvingen van zeilers die ons zijn voor gegaan kunnen we ook daar rekenen op het zien van nijlpaarden. Onderweg wordt de boot door Coen en René stevig onder handen genomen en van kop tot kont gesopt en gespoeld. Aangekomen op de ankerplek gaat René op het heetst van de dag, schuren en verven. Er zijn nogal wat roest plekken op het dek en voordat het erger wordt..........Hij heeft met happy hour zeker z'n pilsje verdiend. Op de heuvels op de achtergrond zijn bewoners het hoge gras aan het afbranden. De vlammen slaan meters hoog op en het lijkt wat uit de hand te lopen. Grote zwarte rookwolken dekken ze zon af en de roetdeeltjes dwarrelen aan dek op de net geschilderde plekken. Het lukt Coen zowaar nog een maaltijd te maken terwijl het binnen extreem warm is. Als het donker wordt dansen tientallen vuurvliegjes rond ons kuipje, de klamboe houdt ze gelukkig op afstand. We gaan vroeg slapen.
Beer

1 opmerking:

  1. Hot beer en vrienden,met veel plezier lees ik steeds je gezellege en goed geschreven reisverslag,ik kijk er echt naar uit ,temeer daar ik sinds ruim twee weken in een rolstoel zit met een nieuwe knie,vloer mijn verjaardag.ben ik de komend maanden nog wel zoet mee.zelf ben ik diverse malen in Afrika geweest op de za. bezie en okavaga,vandaar dat ik mij goed kan inleven in wat lujjie meemaken,de hitte de geluiden en vooral de geur van het land,pak maar zoveel mogelijk mee,het is een levenservaring,Fijn om er op deze manier toch wat van mee te pakken voor mij,nu ga ik maar weer een beetje sjokken. Leo en smaragd

    BeantwoordenVerwijderen