zaterdag 15 oktober 2011

Zeeschildpadden

Zaterdag 15 oktober 83e dag.
Het was een prachtige nacht, alsof we in de Stille Zuidzee voeren. Beelden uit oorlogsfilms over de South Pacific kwamen boven. De heldere maan die het water deed glinsteren. Klanken van de Hawaien gitaar en bekoorlijke heupwiegende hoela hoela meisjes met bloemenkransen in het haar moesten we er maar bij denken. Het overgrote deel van de nacht gleden we met nauwelijks drie knopen door een bijna gladde zee. Na de hondenwacht kwam er meer wind en liep de snelheid op naar 6.5 knopen en maakten we behoorlijke helling. René besloot om zijn vooronder ligplaats te verruilen voor de bank in de 'salon' .Bij het krieken van de dag verdwijnt de wind weer net zo snel als hij was gekomen. De motor moet er weer bij anders wordt het een drijfpartij. We zetten de gashandle maar gelijk op 2500 toeren om onze Yanmar even goed schoon te blazen. Een diesel moet je zo af en toe goed op zijn donder geven zeggen de kenners! Op naar Porto Santo!
Het was in het jaar 1418 toen João Goncalves zarco en Tristão Vaz Teixera, op weg naar Afrika, in opdracht van Hendrik de Zeevaarder door een zware storm uit hun koers werden gedreven en een schuilplaats zochten achter dit onbekende en dus bij toeval ontdekte eiland. Een snelle terugtocht naar Lissabon was het gevolg om de ontdekking van de Archipelago te melden bij Hendrik de Zeevaarder, die hen onmiddellijk terugstuurde om de eilanden te claimen en te koloniseren. Ze namen gelijk maar een gouverneur mee op hun terugtocht naar Porto Santo, Bartolomeu Perestrelo,
een Portugese edelman, niet wetende dat hij later de schoonvader zou worden van Christopher Columbus. Kort daarna vestigden de eerste Portugese kolonisten zich op het eiland en introduceerde wijn en landbouw. Later kwamen daar de suikerriet plantages nog bij. Hun meegebrachte konijnen aten het meeste van de oorspronkelijke vegetatie op, zoals nu de geiten doen. Aanvallen van piraten schepen deed de inwoners vluchten naar hoger gelegen gebieden, zoals de Pico do Facho ( 506 meter) Maar de armoede op het eiland was eigenlijk hun beste verdediging, er was gewoon niks te halen. Het aantal inwoners bleef dan ook beperkt. Toch was het leven niet zonder verrassingen. In 1724 liep het Nederlandse zeilschip' Slot ter Hooge' door een zware storm uit haar koers geslagen op de rotsen aan de noordkust te pletter. Haar lading bestond uit zilveren staven en de meeste werden aan land gebracht. Zelfs kort geleden hebben duikers nog meer zilver boven water kunnen halen uit het wrak. In het museum 'Quinta das Cruzes' op Madeira zijn de staven te zien.
Porto Santo, slechts 11 km lang en 6 km breed , een schamele 41 vierkante km waarvan een groot gedeelte zandstrand. Dit is trouwens de grote attractie van dit bijna Caraïbische eiland in vergelijking met het grotere Madeira. Veel Madeirianen gaan in het weekend naar Porto Santo of hebben er een vakantiehuisje. We gaan het over een paar dagen allemaal wel zien. Voorlopig op motorkracht want de zee wordt spiegelglad. In het olieachtige water zien we het eerste schildpad en varen er direct naar toe voor het maken van foto's of film. Dichterbij gekomen duikt de rakker onder en we zien hem in het glasheldere oceaanwater naar de diepte verdwijnen. Voor de lunch leggen we de Robeyne stil en doen we wat we alle drie al zo lang wilden doen. We kleden ons helemaal uit en duiken in het kristal heldere, diepblauwe water van de Atlantische Oceaan. Ter plaatse ruim 4000 meter diep! Als een stelletje uitgelaten en joelende kinderen spartelen we rond de boot. Heerlijk! Wat een unieke ervaring. Terug aan boord maakt Coen zijn beroemde omelet en we constateren dat het leven goed is. Dan starten we de motor en vervolgen onze reis. Na een uurtje ziet René een grote balk in het water drijven en denkt dat daar wel vis bij kan zitten. Hij heeft helemaal gelijk, rond de balk van wel zes meter lang zwemmen prachtige gekleurde vissen. Het zijn grote Dorado's. We leggen het schip weer stil en pakken het visgerei. De enige vis die hapt is niet een dorado maar een onbekende, althans, we kunnen hem in het grote visboek niet vinden. Hij mag terug in zijn element. Coen heeft voor het avondeten al heel erg z'n best gedaan, daar kan geen visje tegenop. De rest van de middag zien we nog tientallen grote en kleine schildpadden en dan komt er eindelijk weer een beetje wind.
Nog 175 mijl te gaan.
Beer

3 opmerkingen:

  1. Wat was ik daar graag bij geweest om de schildpadden te zien. Nu nog wind en dan nog meer genieten
    Liefs

    BeantwoordenVerwijderen
  2. omdat ik ingelogd heb als René staat er nu Robeyne als afzender maar ik ben Marijke hoor!!!!!

    BeantwoordenVerwijderen
  3. hebben jullie alle drie de vliegenvanger gelezen? Hoorde van Roelie dat 't zo'n mooi boek
    was, dus hebben wij 't gekocht en in een adem uitgelezen geweldig mooi.
    We wensen jullie verder nog 'n mooie reis toe.
    Coen we hopen dat je morgen toch 'n gezellige verjaardag hebt, wij denken aan je en nemen er wel 'n borrel op. Lieve groeten.John en Ineke

    BeantwoordenVerwijderen